Iedereen maakt af en toe wel eens een fout in het verkeer. Daarom treedt De Lijn niet erg streng op bij een eerste, lichte overtreding en betaalt zij de boete in de plaats van de chauffeur. Pas bij een tweede, derde, vierde of vijfde boete binnen hetzelfde jaar moet die chauffeur een groter deel van zijn boete zelf betalen. Boetes voor zware overtredingen, zoals door het rood rijden, bellen achter het stuur of aan hogere snelheid rijden, worden wel sneller doorgerekend. De systemen verschillen voorlopig nog per provincie, maar minister Weyts werkt aan een uniformisering.
“Bepaalde buschauffeurs vertellen me evenwel dat sommige vakbonden nog bovenop die regeling van De Lijn boetes terugbetalen aan hen”, aldus De Ridder. Bovendien krijgen chauffeurs van De Lijn na een jaar boetevrij rondrijden hun persoonlijk aandeel in de laatste boete terugbetaald. Aangezien dat deel soms al is ‘gecompenseerd’ door een vakbond, kan het zelfs gebeuren dat chauffeurs winst maken door af en toe een boete te ‘pakken’. “Pervers en totaal onaanvaardbaar”, vindt De Ridder.
Chauffeurs responsabiliseren
“Het is pertinent onjuist dat chauffeurs meteen voor lichte verkeersovertredingen gestraft zouden worden, zoals de socialistische vakbond beweert. Momenteel betaalt De Lijn bijna 80 procent van alle boetebedragen van haar chauffeurs in Vlaanderen. Slechts iets minder dan 20 procent is dus voor rekening van de chauffeurs zelf. Wanneer een vakbond ook die 20 procent, voor zware en herhaalde overtredingen, nog eens gaat terugbetalen, wordt dat hele systeem natuurlijk onderuitgehaald. Van responsabiliseren van chauffeurs is dan niet langer sprake. En dat is nefast voor onze verkeersveiligheid”, besluit De Ridder.