Het aantal zwembaden en de beschikbare oppervlakte aan zwembadwater in Vlaanderen is de laatste jaren een belangrijk thema. Uit cijfers van Sport Vlaanderen blijkt dat het aantal publieke zwembaden in Vlaanderen sterk is gedaald – van 378 in 2004 naar 292 in 2022, een daling van 23 procent. Vanuit de zwemsector worden al enkele jaren duidelijke signalen gegeven dat meer inspanningen noodzakelijk zijn om in Vlaanderen voldoende mogelijkheden voor sportclubs, onderwijsinstellingen en particulieren te voorzien om te zwemmen of te participeren aan watergebonden sporten.
Kijken op lange termijn
“Zoals voorzien in het Vlaamse Regeerakkoord komen we met deze ambitieuze plannen tegemoet aan de nood voor meer zwembadwater. We kijken daarbij ook naar de lange termijn: door bewust te kiezen voor jaarlijkse subsidies maken we de financiering van een publiek zwembad haalbaar voor meer kandidaat-bouwers en ondersteunen we ook de duurzame exploitatie ervan. Want daar zit voor vele lokale overheden de uitdaging”, zegt Annick De Ridder.
Jaarlijkse subsidie
De subsidie wordt jaarlijks uitbetaald en dat gedurende een exploitatiefase van maximaal 30 jaar. Zo draagt Vlaanderen bij tot de zogenaamde ‘total cost of ownership’ van een publiek zwembad. De ondersteuning richt zich specifiek op zwembaden met een zwem- of watergebonden sportfunctie met een minimale afmeting van 25 op 10 meter. De Vlaamse Regering voorziet een jaarlijks budget van 6 miljoen euro.
"Zo leggen we nog wel een paar voorwaarden op: wie een subsidie krijgt, zal jaarlijks moeten aantonen dat het zwembad beschikbaar is voor een breed publiek – dus niet alleen individuele zwemmers, maar ook sportclubs en scholen - en dat de minimale openingsuren en maximale toegangsprijzen gerespecteerd worden”, legt de minister uit.